dinsdag 17 oktober 2017

BARNEY AGERBEEK - Een warme oostenwind



Foto: © Albert Hagenaars



EEN TWEEVOUDIG CREDO

Het heeft er alle schijn van dat Barney Agerbeek (1948, Surabaya) als late debutant aan een inhaalslag bezig is. Hij debuteerde in 2013 met ‘Schaduw van schijn’ en sindsdien is er vrijwel elk jaar een titel verschenen, verdeeld over verhalen, een roman en poëzie. Wie zijn werk kent, al is het maar één boek, weet dat de auteur gefascineerd is door verschillende culturen, preciezer gezegd, door in elkaar verglijdende maar ook grijpende en bijtende waardensystemen.

In zijn eerste poëziebundel ‘Rood en wit met blauw’, eveneens verschenen bij “de kleurrijkste uitgeverij van het land”, zinderde de spanning tussen zijn geboorteland Indonesië, dat hij vaak bezoekt, en Nederland, waar hij al vanaf zijn vierde woont.
In ‘Een warme oostenwind’, van een intrigerende omslag voorzien door Jan van Waarden, werkte hij een drieslag uit. Nu is er ook de kruiende werking van Polen, niet alleen het moederland van Agerbeeks echtgenote, die al tientallen jaren geleden onder moeilijke omstandigheden “overkwam”, maar ook dat van een paar honderdduizend arbeidsimmigranten die in veel gevallen eveneens verkozen te blijven. Net als o.a. de Indonesiërs en Indo’s, de Turken en Marokkanen, de Surinamers en Antillianen leveren zij een bijdrage aan de ontwikkeling van Nederland, oefenen ze er een culturele invloed op uit.
Daarom ditmaal de meeste aandacht voor deze toegevoegde Poolse waarde, die, evengoed als de Indonesische, oosterse warmte aanvoert. Dat gebeurt, literair gesproken, ook letterlijk want aan het begin van het boek staat een citaat van Adam Zagajewski en achterin zijn twee gedichten tweetalig opgenomen. Bovendien is een surrealistisch aandoende illustratie van Anna Gwiazda afgebeeld, zus van Andrzej Gwiazda, voormalig partijstrateeg van Solidarność. Op haar tekening groeien wortels dwars door een verstikkende ijslaag. Als dat geen symbool van hoop is! Hij staat, allesbehalve toevallig, naast een gedicht met de titel ‘Tralies in de deuren’.

Het citaat, vertaald door Gerard Rasch, luidt als volgt:



Bezing de verminkte wereld
en het grijze veertje, dat een lijster heeft verloren,
en het zachte licht dat dwaalt en verschijnt
en steeds terugkomt
.



Een fragment uit het tweetalige ‘Bjirjóza bjirjóza bjirjóza’ bevat eveneens een aan de natuur ontleend beeld maar dat refereert aan het belang van samenwerking:



bjirjózy rjédko stoját odinóko
obýtsjno vdwojóm i vtrojóm
dróeg oe dróega, íli vsje vmjéstje v ljesóe




In het Nederlands wordt dat:



berken staan zelden alleen
meestal met z’n tweeën of drieën
bij elkaar of samen in een bos
.



Voor het geval iemand de boodschap mocht ontgaan heeft Agerbeek hier wel heel sterk de nadruk op gelegd. Waar “met z’n tweeën of drieën” al genoeg is, genoeg zou moeten zijn, geeft hij nog een aanvulling: “bij elkaar” en “samen”, gescheiden door het voegwoord “of”, zodat hij de lezer aanspoort eens goed na te denken over het verschil tussen die twee toevoegingen. Je kunt er een cumulatie in zien want “bij elkaar” is sterker dan de voorgaande woorden maar “samen” het sterkst van de drie.







Als geboren verteller weet Agerbeek zijn zinnen een aansprekende melodie te geven. Complete fragmenten zijn soms kleine verhaaltjes. De overdracht van de boodschap is voor hem belangrijker dan het taalspel op zich. Technische foefjes, en die zijn er volop (zie onder), hebben een dienend karakter, staan niet op zich. Dat zou te vrijblijvend zijn.
Niet voor niets nam hij een principiële uitspraak van de Chinese kunstenaar Ai Weiwei over: “Als mijn kunst niks te maken heeft met de pijn en het verdriet van de mensen, wat is dan nog het belang van kunst?”

Agerbeek laat de vernieling van Rotterdam reflecteren in die van Warschau, verwijst naar de opkomst en overwinning van Solidarność maar ook naar de repressie en het doorgeslagen eigenbelang die momenteel door Polen vlagen. In een interview merkte hij daarover treffend op: "Die euforie is heden ten dage uitgemond in xenofobie, sluiting van de grenzen voor vluchtelingen. En de machtige, katholieke kerk zwijgt in alle talen. Dat is ‘de witte wereld en het scheve kruis’ uit het gedicht Zwarte Madonna."

Meer dan enige andere tekst in het boek belichaamt genoemd gedicht over de jaarlijks door miljoenen pelgrims bezichtigde icoon in het klooster Jasna Góra de ziel van het traditionele Polen, die maar al te goed het belang van geopolitieke beslissingen en geweld kent maar minstens zo sterk doordrongen is van het verlangen naar innigheid, harmonie en respect voor andere bronnen van ervaring dan de zintuiglijk waarneembare wereld. Daardoor fungeert dit vers tevens als een tegenhanger van het aanwakkeren van onrust en angst en verdeeldheid:



ZWARTE MADONNA

hoog de stilte van het glas in lood
zwak kaarslicht glinstert in een nis

verspreid, het prevelen van gebeden
met vroom gevouwen handen

oneindig, de adem ingehouden
bij haar verschijning

vloeibaar, dissonanten lossen op
in verleidelijke leegte

als moeder van donker en licht
zorgt zij voor het tegenwicht

in een witte wereld waar het kruis scheef hangt
Matka Boska Częstochowkska




Agerbeek wil zich dan niet laten voorstaan op het principe van kunst omwille van de kunst, het is mede door zijn literaire techniek dat deze strofen het meest poëtische moment van de bundel vormen: let bijvoorbeeld op het spel van zwart en wit, donker en licht, groot en klein (kerkschip en nis), de suggestieve klankovereenkomst in oneindig – ingehouden – verschijning, het eindrijm in licht en tegenwicht en de prolepsis van de woorden verspreid – oneindig – vloeibaar, die zo een onderliggende bedoeling door laten schemeren.
Ook al is de zegging bedrieglijk eenvoudig, dit alles zit ingenieus in elkaar. De vakmatige, vooruit artistieke aanpak valt niet op maar vervult wel juist hierdoor versterkt z’n taak.

Kunst kan niet zonder aansluiting op vreugde, pijn, geluk en verdriet nee maar omgekeerd zou de menselijke ervaring onvergelijkbaar veel armer zijn zonder het instinct en de vaardigheden die kunst tot een inzichtelijke beleving kunnen maken.

Barney Agerbeek legt er in alles wat hij schrijft getuigenis van af dat dit ook zíjn credo is.


BARNEY AGERBEEK; ‘Een warme oostenwind’; 72 pagina’s; Uitgeverij In de Knipscheer, Haarlem; 2017; ISBN: 978-90-62-659579.



www.alberthagenaars.nl

Zie ook:
Frozen Poets - Beelden, graven en andere sporen van dichters

Nederlandstalige gedichten in Indonesische vertaling